Organisatie:
- Twee spelers spelen de bal op en neer.
- Er wordt een 3 tegen 3 gespeeld.
- De verdedigers spelen mandekking.
- Bij balwinst proberen de verdedigers te scoren in de mini goals.
Coaching punten:
- Neem, als je vrij staat, open aan, d.w.z. met je voeten naar de achterlijn van de tegenstander en versnel.
- Neem als je gedekt wordt gesloten aan en draai de bal naar je forehand kant, of speel de bal terug, bij voorkeur naar een andere medespeler.
- Bied je als middenvelder naar de bal aan en loop, als de bal niet wordt aangespeeld, naar de andere kant weg (principe van U-lopen). Daarmee creëer je ruimte voor een medespeler. Draai de bal naar je sterke kant weg als je hem wel krijgt.
Makkelijker:
- Voeg een extra aanvaller toe in de cirkel.
Moeilijker:
- Voeg een vrije verdediger toe.
Uitbreiding:
- De speler die de bal heeft gespeeld voegt zich bij de aanval zodat het een 4 tegen 3 wordt.